Hoe zag jouw weg naar het beroep eruit?
‘In 1978 begon ik aan de opleiding tot verpleegkundige in Sittard. Ik wilde eigenlijk het liefst meteen aan de OK-opleiding starten, maar ik vond het ook spannend. Stel nou dat ik het niet leuk zou vinden, dan zou ik daarna nergens anders aan de slag kunnen. Na verpleegkunde begon ik toch in 1982 aan de OK-opleiding, waarvoor ik de theorie volgde in Heerlen. Na mijn diplomering startte ik eind 1985 bij de thoraxchirurgie in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein, waarvoor ik een eenjarige opleiding heb gevolgd. Omdat mijn man in Amsterdam werkte, zijn we destijds in IJsselstein gaan wonen. Later verhuisden we naar Rosmalen en uiteindelijk terug naar Limburg, naar Venlo. Ik ben moeder van vijf kinderen en ben er daarom een paar jaar tussenuit geweest. Toen de jongste in groep 7 zat, ben ik weer gaan werken. Inmiddels werk ik zeventien jaar in VieCuri en ben ik met mijn 65 jaar de oudste van het team van operatieassistenten.’
Heb je een voorkeursspecialisme?
‘Ik ben bijna zeventien jaar vakspecialist geweest van de plastische chirurgie. Daar ben ik ingerold toen ik een half jaar op de OK was. Het leuke daaraan is, is dat ik allerlei ins en outs regelde en dat ik niet alleen met de specialisten, maar ook met polimedewerkers nog beter contact kreeg. De cirkel van iedereen die goede zorg levert voor de patiënt is in die rol helemaal rond. Ik vind het belangrijk om de nieuwe generatie ook kansen te bieden, daarom heb ik een half jaar geleden de functie van vakspecialist overgedragen. Ik zou alle collega-operatieassistenten adviseren om op zoek te gaan naar iets extra’s in het vak en je daarin te verdiepen; dat is zo leuk.’

Wat zijn in jouw loopbaan de meest belangrijke veranderingen geweest in het vak?
‘De grootste veranderingen zijn de laparoscopische ingrepen. En de orthopedie is een specialisme dat zich blijft ontwikkelen, vanwege de verschillende protheses en technieken die daarbij komen kijken. Het is een vak dat blijft veranderen. Bijscholing is en blijft daarom heel belangrijk. Als operatieassistent blijf je jezelf uitdagen door je zo goed mogelijk voor te bereiden, door te anticiperen op de specialist en de situatie en door op de hoogte te blijven van vernieuwingen. Dat is het mooie aan het vak, het staat nooit stil.’
Welke mooie kanten heeft het vak nog meer?
‘Wat ik ook mooi vind, is werken in een team. Als operatieassistent sta je op een kamer samen met een heel team klaar voor de patiënt. Samen willen we de beste zorg bieden. De leukste uitdaging is voor mij om de specialist een stapje voor te zijn, door in diens huid te kruipen. We maken samen de meest spannende momenten mee. Om me dan in te leven in de specialist en elkaar non-verbaal aan te voelen, is het mooiste aspect van het hele vak. Maar wat ik ook prachtig vind, is om studenten tips en tricks aan te leren waardoor ze net zo enthousiast worden als ik ben. Ik hoop dat er een heleboel studenten (blijven) komen, want we hebben ze hard nodig.’
Wat zijn de minder leuke kanten van het vak?
‘Het is niet per se minder leuk, maar soms wel lastig: elkaar kunnen begrijpen en waarderen op slechte dagen. De oudere garde van de operatieassistenten heeft het nodige wel meegemaakt, waardoor we gedrag van bijvoorbeeld specialisten niet snel op onszelf betrekken. Jonge mensen daarentegen moeten al veel ballen in de lucht houden en moeten daarnaast meegaan in het humeur van de specialist. Bij een moeilijke operatie kan een specialist gespannen zijn, wat een student of jonge collega zich persoonlijk zou kunnen aantrekken. Net als een arts-assistent moet ook een beginnend operatieassistent leren. Ze moeten daarom niet te streng zijn voor zichzelf en wat er ook gebeurt, blijven doorgaan. Blijf je uitspreken, vertel wat je lastig vind. Iedereen heeft goede en slechte dagen en ook op die dagen moeten we elkaar zien te vinden. Daarnaast is er iets wat ik echt niet leuk vind aan het beroep: wanneer we patiënten – om welke reden dan ook – op het laatste moment moeten afzeggen. Dat vind ik eigenlijk het allerergst.’

Hoe is de verbinding tussen de verschillende generaties op de werkvloer?
‘Die verbinding is goed, maar met tijden ook uitdagend. Bij ons op OK hebben we een groep “oudere” collega’s, vanaf eind vijftig, een redelijke middengroep van halverwege dertig tot halverwege veertig en een vrij grote, jongere groep, die bestaat uit studenten en pas gediplomeerden. Die laatste groep werkt op een andere manier dan hoe mijn generatie het destijds geleerd heeft. Het een is niet per se beter dan het ander. Het is vooral superbelangrijk dat we van elkaar blijven leren. En dat het ziekenhuis jonge en oude medewerkers blijft raken.’
Hoe zou de werkgever daaraan kunnen bijdragen?
‘Door aandacht te geven aan alle leeftijden. Als een jongere collega zwanger wordt, wordt er goed voor haar gezorgd. De oudere medewerker moet vooral goed voor zichzelf zorgen, merk ik. Ik kan conditioneel goed uit de voeten, maar dat geldt niet voor iedereen. Het vak van operatieassistent is ergonomisch echt wel een zwaar beroep. In tijden van krapte is goed voor je medewerkers zorgen van groot belang.’

Hoe gaan jullie als team om met de krapte?
‘We hebben er echt last van. We hebben een groot tekort aan personeel en maken ruim gebruik van detacheerders. We zijn al naar twee man op een kamer gegaan, maar ondertussen moeten we de studenten ook goed kunnen begeleiden. Zij zijn de mensen van de toekomst. We moeten ze heel goed helpen in de jaren waarin ze veel moeten leren. Gelukkig zijn we in deze tijd heel zuinig op elkaar. Daar waar we personeel tekort hebben, kijken we kritisch of we een OK moeten afschalen.’
Wat zou je studerende operatieassistenten adviseren?
‘Als ik specifiek naar VieCuri kijk, wil ik tegen ze zeggen: kom bij ons werken! Er wordt gewerkt aan een nieuw OK-complex en dat wordt prachtig. In juni 2025 openen daar zes nieuwe kamers, waarvan één hybride- en één robot-OK. Ik vind het zo belangrijk dat jonge mensen geënthousiasmeerd worden voor dit beroep. Het is een heftig, maar vooral een mooi beroep. Als de jonge mensen enthousiast worden en blíjven en we ze weten te stimuleren in de grootste uitdagingen van het vak, met het huidige personeelstekort, dan laat ze maar komen!’
Bron: Dit interview stond in het vakblad Operationeel van de Landelijke Vereniging van Operatieassistenten | Tekst: Judith Bouwels | Fotografie: Ivonne Zijp | april 2025
Geïnspireerd door dit verhaal? VieCuri zoekt nieuwe OK-assistenten. Bekijk de vacature op www.werkenbijviecuri.nl.