Schouderoperatie

Inleiding

U heeft met uw behandelend arts afgesproken dat een schouderoperatie wordt verricht. Tijdens deze ingreep wordt uw schouder bekeken en zo mogelijk worden beschadigingen hersteld. Uw behandelend arts en de orthopedie-consulent hebben u al informatie gegeven over de ingreep. Hier kunt u alles nog eens rustig nalezen.

Het schoudergewricht

De schouder bestaat uit verschillende onderdelen.

Figuur 1 . Schematische weergave van het schoudergewricht

1. schouderblad (scapula)

2. sleutelbeen (clavicula)

3. bovenarm (humerus)

4. acromion

5. acromioclaviculaire gewricht (AC-gewricht)

Botten

De botten van de schouder zijn bovenarm (3), schouderblad (1), en het sleutelbeen (2). Het dak van de schouder wordt gevormd door een deel van het schouderblad namelijk het acromion (4).

Gewrichten

Er zijn twee gewrichten in de schoudergordel. Het schoudergewricht zelf en het AC-gewricht. Dit is het gewricht tussen het sleutelbeen en het acromion.

Ligamenten

Ligamenten zijn structuren van bindweefsel die de verschillende botstukken met elkaar verbinden. Het gewrichtskapsel wordt gevormd door een groep van ligamenten. Deze ligamenten verzorgen het grootste gedeelte van de stabiliteit van de schouder en helpen voorkomen dat de schouder uit de kom gaat.

Pezen, spieren en de slijmbeurs

De spieren rondom het schoudergewricht zorgen onder andere voor het zijwaarts heffen van de arm. Het mechanisme helpt ook bij de stabiliteit van de schouder door de kop van de bovenarm in de kom te trekken en te houden. Overal in het lichaam, zo ook in de schouder, bevinden zich slijmbeurzen. Een slijmbeurs (bursa) is een klein zakje gevuld met gewrichtsvloeistof. Een slijmbeurs zit daar waar twee lichaamsdelen tegen elkaar wrijven en er geen gewricht is om deze wrijving op te vangen.

Oorzaken schouderklachten

Er zijn verschillende oorzaken die beschadigingen in de schouder als gevolg kunnen hebben. Meestal is dit overbelasting, chronische irritatie of een trauma.

Klachten

Meestal komen de klachten voor op de leeftijd van 40-60 jaar.

Vroege symptomen zijn pijn in en rondom de schouder tijdens het heffen van de arm zijwaarts of voorwaarts, of pijn tijdens het slapen, met name als men op de aangedane zijde ligt.

Bij het vorderen van het proces zal de pijn en discomfort toenemen en de schouder stijver worden. Ook kunnen krachtverlies en pijn bij bepaalde bewegingen optreden.

Behandelingsmogelijkheden

Er zijn verschillende mogelijkheden om de klachten te verminderen.

  • Wanneer er sprake is van pijn, kunnen pijnstillers voorgeschreven worden om deze pijn te verminderen.
  • Met fysiotherapie. De fysiotherapeut zal door oefeningen proberen de pijn te verlichten en de spierkracht en coördinatie te herstellen.
  • Met injecties met ontstekingsremmende werking kan de ontstoken slijmbeurs tot rust worden gebracht.
  • Door een chirurgische ingreep. Als voorgaande maatregelen onvoldoende helpen, is een operatie de enige oplossing. De kans dat na een operatie de klachten verdwijnen is 80%. 1 op 5 patiënten blijft, ondanks een operatie, toch klachten houden.

Voorbereiding op de ingreep

Het Preoperatief Bureau

Vanuit de polikliniek en vóór de opname in het ziekenhuis wordt u doorverwezen naar het Preoperatief Bureau. Het is belangrijk om u als patiënt zo goed en veilig mogelijk voor te bereiden op de aanstaande ingreep en de vorm van anesthesie die nodig is. Hiervoor is preoperatief onderzoek nodig.

Door dit onderzoek is de kans op problemen tijdens en na de ingreep zo klein mogelijk. Meer informatie leest u in onze folder ‘Anesthesie en preoperatief onderzoek’.1

Anesthesie

De ingreep geschiedt onder algehele anesthesie (narcose) of regionale anesthesie. Bij het preoperatief bureau kunt u met de anesthesist bespreken welke vorm voor u het meest geschikt is. Meer informatie over de gang van zaken voor, tijdens en na de anesthesie krijgt u via het Preoperatief Bureau.

Bloedverdunnende medicijnen

Het gebruik van bloedverdunnende medicijnen moet u, uitsluitend in overleg met uw arts, voor de ingreep stoppen. Als u onder begeleiding staat van de Trombosedienst informeer deze dan over de ingreep. De Trombosedienst stemt dan het beleid met u af.

Opnameduur

De opname vindt plaats in dagbehandeling. Dit betekent dat u, als alles naar wens verloopt, dezelfde dag na de ingreep weer naar huis mag.

Kleding

Het is gemakkelijk als u een tricot shirt, liefst met knoopjes meeneemt. Dit is rekbaar en het is gemakkelijk om u aan en uit te kleden.

De ingreep

De ingreep kan zowel via een kijkoperatie (artroscopie) als een open operatie verricht worden.

Bij een kijkoperatie worden een aantal kleine sneetjes (van ongeveer 0,5 cm) rond de schouder gemaakt. Tijdens de ingreep gaat de chirurg tussen de spieren door om goed bij het schoudergewricht te komen. Dan wordt ruimte in de schouder gecreëerd door eventuele bot-overgroei te verwijderen of banden los te maken. Eventuele scheuren in het gewrichtskapsel worden gehecht. Daarna wordt de huid gesloten met oplosbare hechtingen. Er wordt op de operatiekamer een absorberend verband aangelegd.

De ingreep duurt ongeveer 20 minuten. Afhankelijk van wat er gedaan moet worden kan het ook langer duren.

Weer thuis

Wondverzorging

Het drukverband kunt u 24 uur na de operatie verwijderen. De pleister mag u na 48 uur verwijderen.

Mobiliseren

Op geleide van pijn mag u de schouder en arm weer normaal proberen te gebruiken. Een manier om dit op gang te brengen is de pendelmethode ook wel slingeroefening genoemd (zie toelichting).

Wij adviseren om kort na thuiskomst te beginnen met schouderfysiotherapie. U krijgt een verwijzing mee uit het ziekenhuis.

Na de ingreep

Na de ingreep gaat u naar de uitslaapruimte, waar gedurende de eerste uren intensieve bewaking en controle plaatsvinden.

Na de ingreep heeft u een infuus in de arm. Soms treedt na de ingreep misselijkheid op. Als u voldoende hersteld bent gaat u terug naar uw eigen afdeling.

Mobiliseren

Als de verdoving is uitgewerkt mag u uit bed. Om de geopereerde arm te ondersteunen krijgt u van de verpleging een mitella. U mag op geleide van de pijnklachten de schouder bewegen.

Pijnbestrijding

Wij adviseren u de eerste dagen na de operatie 4 maal daags 2 tabletten paracetamol (500 mg) in te nemen. Op geleide van uw pijnklachten mag u de pijnstillers afbouwen.

Als de pijnstilling niet voldoende werkt of als u vragen over het afbouwen hebt kunt u contact met ons opnemen.

Mogelijke complicaties

Ondanks alle zorg die besteed wordt aan de ingreep, kunnen er in zeldzame gevallen toch nog complicaties optreden, zoals:

  • een infectie rondom het wondgebied van de schouder
  • een nabloeding, dit gebeurt zelden
  • een bloeduitstorting (hematoom), dit gebeurt geregeld.
  • een stijve schouder (frozen shoulder)
  • restklachten

Slingeroefening

De oefeningen worden uitgevoerd tot aan de pijngrens. Er moet vaak, kort worden geoefend, meerdere malen per dag gedurende enkele minuten. Deze oefening wordt slingeroefening of pendeloefening genoemd.

Figuur 2 .

-leun voorover met de gezonde arm op een tafel

-laat de aangedane arm ontspannen hangen

-zwaai de arm rustig naar voren en naar achter

Figuur 3.

-leun voorover met de gezonde arm op een tafel

-laat de aangedane arm ontspannen hangen

-zwaai de arm rustig heen en weer

 

Figuur 4.

-leun voorover met de gezonde arm op een tafel

-laat de aangedane arm ontspannen hangen

-zwaai de arm in een cirkel rond

-probeer de cirkel steeds groter te maken

Lichamelijke verzorging

U mag weer douchen als de wond droog en gesloten is.

Koelen

Het kan prettig zijn het geopereerde lichaamsdeel te koelen met een ijspakking. Het advies is dan om 3 keer per dag ongeveer 15 minuten de ijspakking gewikkeld in een doek op het geopereerde deel te leggen.

Werk en sport

Het moment waarop u weer kunt werken of sporten is afhankelijk van het soort werk of sport dat u doet. U kunt dit overleggen met uw behandelend specialist tijdens de controle.

Poliklinische afspraak

Ongeveer een week na de operatie belt de orthopedisch chirurg u op voor controle. Na 6 weken komt u voor controle op de polikliniek Orthopedie bij uw orthopedisch chirurg. Hij kijkt dan hoe de beweeglijkheid van uw schouder is. De afspraak hiervoor krijgt u via de verpleegafdeling.

Linkjes

  1. https://www.viecuri.nl//verdoving

Vragen

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:

Contact

Opmerkingen

  • Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
  • Ziet u teksten of afbeeldingen met auteursrechten die wij niet hebben vermeld?

Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.

Disclaimer

Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.2